En het meer?

En het meer?

P.P. Verroen
voorjaar 2020

 

De grenzen van de taal?

Dat de berg zich verbeeldt

Nooit kent de beek

De sneeuw keert niet

De waterval herinnert

50 kleine ronde steentjes

Versteent de lava

De oever keert de steen

En een beeld van verder

Alle gedichten in 1 .pdf


 

De grenzen van de taal?

 

de kaart gebiedt

de woorden niet

te zeggen waar de berg

 

en het meer?

en ook waar het meer niet

 

de grenzen van de taal?

ook die niet

 

en van mijn woorden slechts

een ver gebied

dat beeld, meer niet

 


Trage gletsjer van mijn leven

 

het beeld stolt ons ballet

de foto bevriest jouw beweging

 

in graniet verwatert de relatie

tijd vermaalt mijn herinnering

 

trotse koude berg

tot zand naar zee

stroomt de rivier

trage gletsjer van mijn leven

 

en het meer?

tot in het meer van mijn verbeelding

en dan verder?

tot de branding, daar zijn schelpjes

 


Dat de berg zich verbeeldt

 

de rivier zegt

dat de beek riep

dat de berg

 

en de zee?

de zee ruist

dat de berg zich verbeeldt

 

hoe de beek

die de rivier verzint

klatert

 

en het meer?

zwijgt

 


Nooit kent de beek

 

nooit kent de beek

de waterval

van vroeger de berg

 

en het meer?

kent de geschiedenis

van de zee

 


De sneeuw keert niet

 

de sneeuw keert niet

de tijd

 

dooit sneller weg

dan de rivier zich verbeeldt

 

of de rotsen

zich herinneren

 

en het meer?

in het meer drijft sneeuw

 


De waterval herinnert

 

de fontein verbeeldt

niet de hemel

 

de waterval herinnert

wel de berg

 

en het meer?

neemt de fontein

en de waterval

gelijkmoedig terug

 


50 kleine ronde steentjes

 

de liefde holt

de rots uit die

de herinnering bemint

aan het beeld dat zich zegt

 

gestage druppel

 

en het meer?

vraag het

de 50 kleine ronde steentjes

aan de oever

 

randen van de berg

Voor Germaine, 11 juli 2019

 


Versteent de lava

 

stroomt de lava

verlaat de vulkaan

stolt tot herinnering

 

alle warmte

om niet

steen het beeld

 

en het meer?

verwelkomt de nieuwe oever

 

stoom als wisselgeld

vergeefs gesis

 


De oever keert de steen

 

rolt de steen

van de helling

 

herinnert

de kalme gang van de morene

 

opgelucht

dat de oever hem keert

 

verzint

de stevige handen van Sisyphus

 

vergeefs

alleen herinnering herhaalt

 

en het meer?

vergeefs kabbelt een golfje

zachtjes om zijn rondingen

 


En een beeld van verder

 

vaart het schip een zog

verlangt de horizon

herinnert de haven

 

de koers een kroeg

de deining spijt

en een beeld van verder

 

en het meer?

een meeuw op een paal

houdt zij even

zijn arm

vast

 

Voor Germaine, voor volgend jaar



Versie: maart 2020

 

© P.P. Verroen 2020
alle rechten voorbehouden

pp@ppverroen.nl
+31 (0)6 54718274